Deze winter is het regelmatig hoogwater in de grote rivieren. In Deventer had de IJssel alle ruimte tussen de dijken nodig. Een machtige rivier, hier bij de Ossenwaard – hoe eenzaam dat hekje in de uiterwaard, overrompeld door het water. Rijkswaterstaat jubelde over de soepele waterafvoer, want nog maar recent waren de projecten van Ruimte voor de Rivier afgerond. Het werkte: de bescherming bij hoog water is verbeterd door verlaging van waterstanden en een snellere waterafvoer.
Water en ruimte
Ruimte voor de Rivier, uitgevoerd in het stroomgebied van Rijn, Waal en IJssel (de Maas heeft een eigen programma), gaat van het afgraven en verdiepen van uiterwaarden tot het verleggen van dijken om de rivier meer ruimte te bieden. Soms zijn het reusachtige projecten, zoals de ‘ontpoldering’ van de Noordwaard bij de Biesbosch – de dijken zijn grotendeels verdwenen zodat de rivier bij hoge waterstanden alle ruimte krijgt om het water dwars door de polder snel af te voeren. Soms zijn het kleine ingrepen, zoals bij de kribben in de Waal. Deze strekdammetjes, haaks op de rivier, helpen om de rivierbedding in het gareel te houden. Door ze te verlagen verminder je bij hoge rivierstanden de weerstand en kan het water er ongehinderd langs stromen.
Ruimte voor de Rivier vanuit de trein
Wil je Ruimte voor de Rivier in werking zien: pak de trein en maak het rondje Utrecht–Deventer–Nijmegen–Den Bosch–Utrecht: liefst acht keer passeer je een van de grote vier (en nog wat kleine rivieren).
Net na Utrecht CS kijk je uit over de Vecht (ooit een van de hoofdstromen van de Rijn) met op de achtergrond de Dom, in Amersfoort gevolgd door de mooie Waterpoort over de Eem met daarachter de Sint Jan. Vlak voor Deventer is er het ruime zicht over de IJssel met de uiterwaarden waarin nieuwe geulen zijn gegraven – naast hun functie voor de waterafvoer zijn het rijke natuurgebiedjes en dienen ze de recreatie: aan de noordkant kreeg Deventer er een stadsstrand bij.
Na de IJsseloversteek bij Zutphen volgt het spoor de Veluwerand en nu en dan komt aan de linkerkant de IJssel in beeld. Voorbij station Arnhem volgt de Rijnpassage; links ligt de Meinerswijk – ook Ruimte voor de Rivier met nieuwe geulen en verlaagde zomerkaden. Hier ligt een zogenaamde groene rivier: in tijden van laagwater grotendeels droogstaand, maar bij hoogwater is het een vrije stroombaan, niet gehinderd door enig obstakel.
Dan komt het pièce de resistance: de Spiegelwaal bij Lent. Hier heeft een tweede rivierbedding de waterveiligheid vergroot en Nijmegen een hoog gewaardeerd rivierpark geleverd.
Waal en Spiegelwaal
De kaart uit 2000 laat de scherpe, nauwe bocht in de Waal zien. Het is een flessenhals waar de afvoer bij hoge waterstand stokt. Aan de Lentse kant is weinig ruimte; de dijk 1 ligt pal aan de rivier.
Op de kaart van 2018 heeft de Waal een tweede bedding gekregen; bij de drempel 2 stroomt het water de Spiegelwaal 3 in. De oude dijk 1 is grotendeels afgegraven en 350 meter landinwaarts 4 verplaatst. De nieuwe geul maakte van het dijkdorpje 1 een langgerekt riviereiland. De Waalbrug 5 kreeg een verlenging en nieuwe bruggen 6, 7 zorgen er samen met de Snelbinder 8 (een fiets- en voetgangersbrug die aan de spoorbrug werd vastgeklonken) voor dat het eiland gemakkelijk te voet of te fiets te bereiken is. Er is een prachtig rivierpark ontstaan; op warme dagen is het een groot strandfeest op de oevers van de Spiegelwaal en bij hoog water kijk je vanaf de bruggen uit over een machtige rivier.
Ondertussen bouwt Nijmegen op de noordoever nieuwe woonwijken. Door deze Waalsprong zal rond 2025 meer dan een vijfde van de Nijmegenaren aan de noordkant wonen. Een nieuwe brug, De Oversteek 9, verbetert de verbindingen. Het perspectief van Nijmegen verschuift, want de rivier stroomt niet meer langs, maar steeds meer dwars door de stad. Nijmegen omarmt de Waal, niet alleen de rivier zelf – ook het mooie, nieuwe rivierpark.
Maas–Waal–Rijn
Verder rijdt de trein, passeert de Maas bij Ravenstein en opnieuw voorbij Den Bosch; staat het water hoog dan is er vanaf de Waalbrug bij Zaltbommel een eindeloze watervlakte te zien. Dan volgt in een flits de Linge en tot slot de Rijn, oftewel de Lek, met opnieuw een prachtig panorama. Nog eens bewijzend dat Ruimte voor de Rivier naast verbetering van de veiligheid leidde tot verfraaiing van de rivierlandschappen, zodat brede rivieren als altijd traag door oneindig laagland blijven gaan.
TREIN
Drie treinen zijn er nodig om de rondreis te maken. Eerst Utrecht CS – Deventer (ga rechts zitten voor het mooiste zicht); dan Deventer – Den Bosch (links het mooiste zicht) en ten slotte Den Bosch – Utrecht (rechts). Non-stop een rit van drie uur en 10 minuten, maar goed voor een dagtrip als je uitstapt voor een wandeling langs de Deventer IJssel en/of de Nijmeegse Spiegelwaal.
WANDELEN
De wandelroute in Deventer heeft een lengte van vier kilometer en gaat vanaf het station via knooppunten van het Sallandse wandelnetwerk over de IJsselbrug (daar kun je afdalen naar de uiterwaarden), door park Worp en dan met de veerboot naar de overkant. Vervolgens via de historische binnenstad naar het station. Je kunt ook zelf een route uitzetten.
In Nijmegen wandel je vanaf het station in ruim een kwartier naar de brug (de Snelbinder) over de Waal (zie de routebeschrijving). Van daar kun je verder door het rivierpark rond de Spiegelwaal. Het rondje op de kaart is bijna acht kilometer.
HOOG WATER
Als je wilt weten welk waterpeil je kunt verwachten, kijk dan op de waterpeilenkaart van Rijkswaterstaat.