Een idylle, dat groepje kalmgrazende koeien dat zich vanonder de overwelving van een eikenboom laat bewonderen. Je hebt haast geen idee, dat dit een kleine oase is in een uitgestrekt stedelijk gebied tussen Utrecht, Houten en Nieuwegein. In de verte geeft het geluidloze voorbijglijden van snelwegverkeer de illusie dat er een glazen wand staat tussen de tegenwoordige tijd en dit naar een ver verleden neigende beeld. Het is een pastorale in stadsomsingeling, want zie de kaart.
Beklemd
Kan een gebied beklemder liggen? A27, verkeersplein Lunetten, A12, Amsterdam-Rijnkanaal en de drukke verbindingsweg tussen Utrecht/A12 en Nieuwegein/Houten zijn als een wurgsnoer dat het laatste leven er binnenkort wel zal uitpersen. Maar nee, van bedreigd leven lijkt hier geen sprake. Het ziet er eerder uit als een goedgevulde provisiekast, met op de onderste plank fragmenten van een eeuwenlang gerijpt landschap, en op de bovenste een speedy wakeboardervaring op een 21e-eeuwse recreatieplas. En op de tussenplanken een kasteel, bunkers, plofsluis en duizenden appels en peren. Jeetje, wat een variatie in deze holte van snelwegen, zo dicht tegen Utrecht aan.
Allereerst is daar het frame van de geschiedenis vastgelegd in een eeuwenoude verkaveling en wegenstructuur, zoals te zien op de kaart uit 1917. Diagonaal door de kaart loopt de Heemsteedseweg, een verbindingsweg uit het eind van de 11e eeuw, aangelegd als de oostelijke grens van de veenontginningen van Jutphaas. Naar het noorden werd de weg verlengd met de Koppeldijk, die leidde tot een verbinding met het Utrechtse Tolsteeg. Die oostgrens van de veenontginning zie je terug in de verkaveling, want aan de Jutphaase kant zijn de percelen langgerekt, smal en zuid-noord gericht; aan de Houtense kant zijn ze wat blokkeriger en oost-west gericht.
Middeleeuws
De navel van de historie vind je op de kruising van de Heemsteedseweg met de Langeweg/Overeindseweg. Eikenbomen markeren de eeuwenoude kruising van landwegen; geurig fluitekruid kleurt de bermen. Net buiten de foto ligt de eeuwenoude Jacobahoeve. Hoe dichtbij dan ook de stad is gekomen, je kunt er wegdromen naar honderden jaren geleden, toen de layout voor dit door snelwegen en kanaal ingesnoerde gebiedje werd gelegd.
In dit dunbevolkte boerenland werd in 1645 Kasteel Heemstede gebouwd. Er zijn tekeningen uit die tijd met het kasteel te midden van een imposante baroktuin, een lust voor het oog. Later ging dat allemaal ten onder, maar iets van de parkaanleg is nog te zien: een wat armoedige cirkelvijver en een fruitbomenlaan. Het kasteel zelf oogt tiptop, en dat klopt want na een verwoestende brand in 1987 is het grondig gerestaureerd.
Plofsluis
Nog meer geschiedenis werd in de 19e eeuw gebouwd, want toen kwam er een inundatiekanaal dat water vanuit de Rijn moest aanvoeren om de Nieuwe Hollandse Waterlinie in werking te zetten. De verdedigingswerken (batterijen) die het kanaal beschermden, zijn bewaard en te bezoeken. En dan is er de Plofsluis, een grote bak beton gevuld met zand, die – door de bodem op te blazen – het toen nog smalle Amsterdam-Rijnkanaal in een klap kon afdammen, zodat overstromingswater niet weg zou lekken. Later is het verbrede kanaal eromheen gegraven.
Bijzonder dat de oprukkende stad, kanaal en snelwegen nog geen vat hebben gekregen op deze groene enclave. Eigentijdse aanpassingen hebben het voortbestaan voorlopig verzekerd. In het noordelijk deel ontstonden na zandwinning (voor weg- en woningbouw) grote waterplassen, waarvan er een is getransformeerd tot zwemplas en recreatiestrand. In het zuidoosten kijk je uit over de gladgeschoren grasmat en de kunstmatige rondingen van een golfbaan, ook zo’n voortbestaansverzekeraar uit de huidige tijd.
Fruit
Dan is er de fruitteelt; moderne bedrijven verbouwen appels en peren op een bodem die daarvoor uitstekend geschikt is. Ver voor de bewoning stroomde de Rijn er ongehinderd door dijken; steeds weer wisselde de rivier zijn bedding en liet er grote hoeveelheden zand en klei achter. Op deze zogenaamde stroomruggen gedijen appels en peren als de beste. Aan de Waijensedijk is nog iets van dat rivierenland te herkennen, want de slingerende weg, al bekend in vroege Middeleeuwen, volgt met zijn bochten de loop van een tot vriendelijke kronkelsloot verschrompelde rivierbedding.
Een nijlgans zit op de uitkijk, iets verder kruist een fraai getekende fazantenhaan mijn pad. Schichtig schiet ie de beschutting van de boomgaard in. Hij is als het gebied zelf: een ietwat nerveuze schoonheid, pronkend met schone veren, maar ook op z’n hoede, want oh jee, die stad zo dichtbij. Zal wat rest bestand blijven tegen de niet aflatende druk van verkeer en verstedelijking?
Fietsen
De bewegwijzerde fietsroute op het kaartje gaat langs knooppunten en lange afstandsfietspaden; de kaart staat ook op de routeplanner van de Fietsersbond. De route is 25 km lang, begint en eindigt op Utrecht CS, en gaat onderweg langs onder andere Fort Vechten (met Museum van de Nieuwe Hollandse Waterlinie) en Rhijnauwen/Amelisweerd.
Bij routepunt 32 of 33 kom je in het gebied zelf. Doorkruis daar alle wegen. Tip: fiets ook de Langeweg die langs A27 en golfterrein weer bij Kasteel Heemstede uitkomt.
(mei 2016)
lof of plof?